Non è cosi che nel bisogno
tu ti aggrappi agli alberi, quando va male
torni all’inizio
per calcolare dove vuoi andare
a finire, non afferri nel tuo errare
il filo di paglia, trattieni il respiro
per parole dette cosi per dire,
gesti vani desiderio dimenticato
messi via cosi a destra e a manca
no, non il grande, gli alberi;
quando c’è tempesta cerchi sostegno
nel quasi inconcepibile
piegandoti al vento
fragile –
Het is niet zo dat je je in nood
vastklampt aan bomen, of bij misgaan
terugkeert naar het begin
om te berekenen waar je terecht
wilt komen, nee, je grijpt al dolend
de strohalm, houdt je hart vast
om woorden zomaar gezegd,
vergeefse gebaren vergeten begeren
zomaar links en rechts weggelegd
nee, niet het grote, de bomen;
als het stormt zoek je steun
bij het bijna onvatbare
met de wind meebuigende
broze –